
Petri Buijn Expert energieBijgewerkt op:1 december 2025
Er zijn verschillende soorten zonneboilers. Je kunt ze indelen op basis van hoe de warmte wordt verzameld, opgeslagen en gebruikt.
Bij een drukgevuld systeem staat de transportvloeistof onder druk. Die vloeistof zit in het hele buizenstelsel, dus ook in de collector. Daarom moet de vloeistof antivries bevatten. Dat maakt het systeem iets duurder in onderhoud. Soms is een drukgevuld systeem toch nodig. Bijvoorbeeld als de collector niet vlak boven het voorraadvat zit of als de leidingen lang zijn.
Bij een terugloopsysteem stroomt de transportvloeistof terug in een opslagvat als de zonneboiler niet werkt. Als het vriest, is de collector leeg. Daarom is de transportvloeistof gewoon water, zonder antivries.
Het onderhoud is goedkoper, omdat er geen antivries nodig is. De leidingen moeten wel goed zijn aangelegd. Ze moeten schuin lopen naar het opslagvat, dat altijd lager ligt dan de collector.
Ook wel thermosiphon genoemd. Bij een compact systeem zit de watervoorraad in of direct aan de collector op het dak. Een apart voorraadvat binnen is dus niet nodig. Dat bespaart ruimte.
Dit systeem zie je veel in zuidelijke landen met veel zon. In Nederland is het minder efficiënt en minder praktisch. Dat komt door het klimaat en de kans op vorst.
Een combi-systeem gebruikt zonnewarmte voor warm water én voor de verwarming van je huis. In Nederland is dat meestal niet rendabel. Juist als je veel warmte nodig hebt, is er vaak weinig zon.
Klassieke zonneboiler-combisystemen zie je daarom nog maar weinig. Er wordt nu vaker gekozen voor een alternatief, als PVT-panelen in combinatie met een warmtepomp.
PVT-panelen heten ook wel thermische zonnepanelen. Hiermee wek je op hetzelfde dakoppervlak zowel stroom als warmte op (de PV van photovoltaïsch en de T van thermisch). Zo benut je de beschikbare dakruimte optimaal. Het PV-gedeelte kan iets efficiënter werken, omdat het wordt gekoeld door het water dat erachter stroomt.
Merken zoals DualSun, Volthera en Triple Solar maken PVT-panelen die dienen als warmtebron voor een warmtepomp. De panelen werken dan als een stille, onopvallende buitenunit. Je hebt dus geen aparte buitenunit of grondboring nodig.
De aanschaf is wel duurder. Ook heb je een specialistische installateur nodig. Maar het systeem is efficiënt en vraagt weinig onderhoud.
Het collectordeel is het dakpaneel dat zonlicht opvangt en omzet in warmte. Er zijn twee gangbare typen collectoren.
Dit noemen we ook wel een conventionele zonneboiler. Bij dit type collector liggen buizen onder een vlakke glasplaat. Daar valt het zonlicht op. De vloeistof in de buizen wordt dan door de zon verwarmd.
Deze collector heeft een goede prijs-prestatieverhouding. Je krijgt relatief veel opbrengst voor je investering bij gemiddelde zon. Is er juist veel of weinig zon? Dan is de opbrengst minder.
Een ander voordeel is dat dit type collector goed te integreren is in het dak.
Een vacuümbuiscollector bestaat uit een rij glazen buizen die naast elkaar op het dak liggen. In elke vacuümbuis zit een metalen buis waar het water doorheen stroomt dat wordt opgewarmd.
Dit type collector gebruikt zonlicht effectiever dan een vlakkeplaatcollector. Dat merk je vooral als het bewolkt is of de zon laag staat, zoals in het voor- en najaar. Daardoor haal je in Nederland meer rendement uit de zon. Ook op warme zomerdagen werkt een vacuümbuiscollector efficiënter dan een vlakkeplaatcollector. Wel zijn ze duurder en moeilijker te plaatsen in het dak.
Een variant op de vacuümbuiscollector zijn de zogeheten heat-pipes. In elke vacuümbuis zit dan een metalen buis met een vloeistof. Die vloeistof transporteert de zonnewarmte naar een transportvloeistof aan de uiteinden van de buizen. Dit systeem is goed bestand tegen vorst.